zondag 28 december 2014

Sneeuwvlokje tegen wil en dank.


Het ontstaan van een sneeuwvlokje begint ergens, maar waar? Uitgeademde lucht, zweet- en angstdruppels, tranen van verdriet en blijdschap. Ook tranen veroorzaakt door plotselinge strenge opgetreden winterse koude. De mens produceert ontelbare tranen tijdens zijn of haar leven. Tranen beginnen in de ogen. Door blijdschap en emotie verlaten zij node ons lichaam, graag of door onvoorziene angsten. Tranen biggelen altijd langs de wangen omlaag naar de mondhoeken. Net als de skiërs op de springschans van Garmisch Partenkirchen, als parallelle gedachten wenk. De wind, de zon of de koude van de winter zorgen op natuurlijke wijze dat er iets met de waterlanders gedaan wordt als een laatste onaantastbare levenskans. Echter tranen kunnen niet sterven. Als een kameleon groeien zij mee in de seizoenen en veranderen en meanderen. Zij worden lichter dan lucht en opgezogen naar hogere, serenere en zuurstofrijke oorden en regionen. Daar zouden zij kunnen uitrusten en op hun lauweren en gaan teren op verkregen kansen. Maar druppels zitten vol leven en vol organismen. Zij veranderen gestaag door en ontwikkelen zich tot nieuwe vormen met oude bekende karakters. Ontplooien doen zij zich zonder opgelegde opdrachten, slecht en alleen aangedreven door de willekeur van de seizoenen op aarde.

Tranen hebben eerder het lichaam van de mens verlaten om uiteindelijk spontaan terug te komen als een witte stille dief in de nacht. Tijdens hun dans in de lucht kristalliseren zij tot ongekend mooie microscopische vormen. Hun genetica loodst hun richting aarde. Zij dwarrelen omlaag naar hun donor of tranenmaker.

Tijdens hun zoekvlucht passeren zij vele huizen en straten. Slechts en alleen om terug te keren naar de bron van hun bestaan. Zij passeren vele domussen, daar waar tranen massaal vloeien of gevloeid hebben door geluk, wanhoop, des pair, of uitzinnig lijden of door ongewild toegepast geweld. Daarbij constateren deze kameleon tranen veel eenzaamheid en afzondering van hun gewezen bron van bestaan. Nu nog resterend als een teruggetrokken component van de harde meedogenloze wereld.
Niet meer mee kunnen met de economische begrippen, maar meer moeten doen met veel minder materialisme is het onvrijwillig opgelegde dogma van geen keus hebben. Een ware onuitputtelijke bron van tranen en uiteindelijk sneeuwvlokjes.

De wind draagt de getransformeerde druppels nu mee als vrolijke lichtpuntjes in de vorm van sneeuwvlokjes, over landgrenzen tot zij uitkomen bij hun gebieder hun maker, de mens.
Daar nestelt het sneeuwvlokje zich gedwee als een markant uitkijkpunt tussen talloze andere sneeuwvlokjes op daken, zij hechten daarbij aaneen als een close familie. De koude is hun mantel, hun kracht. Zij brengen alweer warmte naar de mens.

De mens op zijn beurt is niet blij meer. Het is koud. De sneeuw van eigen DNA maakt alles glad en onbegaanbaar. Dan wordt de sneeuw bestreden met zout en machinale sneeuwruimers. De witte maagdelijke sneeuw eindigt als een grijze, vieze smurrie langs de kant van de weg om opnieuw het tijdelijke einde te vinden. Uiteindelijke dooi betekent een nieuwe waterige tranerige levensvorm, die verder gedwee afvloeit als een welwillend weeskind in menselijke riolen, de bodem in. Om daarna weer opnieuw voor leven te zorgen met hun gecombineerde onuitputtelijke waterigheid.
De mens zou beter moeten weten voordat zij haar hand opheft tegen de ongrijpbare- en gelukkig onaantastbare sneeuw.

You can shoot the snow but you can’t kill it, no way!

Just like a unicorn van Cosmic Carneval  


woensdag 24 december 2014

Shimano



Mijn eerste gedachte bij de foto van Jacco is die van een geleide weerstand in geknechte vorm. Met uiterste precisie naadloos in mekaar gedwongen en met kracht, muurvast geklonken. Tanden maken op slaafse wijze deel uit van snelheid bevorderende slagkracht. Sterke metalen identieke schakels beproeven koortsachtig de verzorging van de overdracht van energie en vitesse. De snelheid wordt door de mens been-matig opgejaagd via gedifferentieerde omwentelingen rondom de as. De weerstand als in de wet van Newton, heeft enigszins vat op dit mechanistisch bolwerk.

Vanaf een groter afstand bekeken lijkt dit ogenschijnlijke tandwiel-blok op een perpetuum mobile, denkbeeldig apparaat dat eenmaal in beweging uit zichzelf blijft bewegen en energie kan opwekken uit het niets. Slechts en alleen de aarde schijnt hiertegen weerstand te kunnen oproepen door tegendraadse seizoenen in het strijdperk te werpen waardoor een tegenstroom geforceerd kan worden.
Het materiaal dan. De vroegere mensheid is zoekende om iets te fabriceren dat niet een, twee drie kapot gaat. Proefondervindelijk vastgesteld is destijds gebleken dat niet de dikste opeen gestapelde magnetische metaalmix het sterkste is, maar wel de fijngevoeligste beproefde metaallegering. De onverwoestbare samoerai zwaarden als voorbeeld. Zij zijn gekneed, gemengd, gehard met zuurstof, water en vuur tot een nagenoeg onverwoestbaar snedig geheel.

Samoeraizwaarden en Shimano, ten slotte. Allebei ideeën uit Japan, sterk, gewild, meedogenloos en vooral tijdloos.

Ik denk nu alweer fantasievol maar alweer anders over deze foto!

Fijne dagen samen, wensen Jacco en ik U allen

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

zondag 7 december 2014

Bladerig tafereel

 

Je hangt je hele leven lang spartelend en bloeiend aan een boom. Met een arm houdt je je vast opdat je niet naar beneden valt. Je denkt dat je een geheel bent met je grote robuuste houten vriend. De waarheid is net iets anders. Jij bent de onwetende beschermengel. Met alles wat in de lucht en in het licht langskomt of op je bladbody schijnt doe jij je voordeel ten behoeve van anderen, als een ware spons. Jij bent zo flinterdun, zo smal waardoor jij niet eens plaats hebt om iets van voeding of geluk op te slaan. Je egoïstische grote houten vriend maakt dankbaar gebruik van jouw capaciteiten en energie, waardoor hij in volle glorie praalt, straalt en groeit. Dat noemt men nou een onbaatzuchtige symbiose. Jij bent getorpedeerd tot een heel nietig sociaal wezentje, in elke vezel van je “blad”.

Nou ja nietig, zonder jou geen boom geen zuivere lucht geen voeding en ga zo maar door. Zelfs dood zorg je voor voeding, luchtigheid en bescherming in of op de bodem.

Eigenlijk heb jij met jouw arm die de boom in een charmante greep - welke met zijn wortels diep in de grond de aarde wortelt- en daarmee de hele wereld in je futiele greep.

Jouw arm wordt moe en raakt leeggezogen als een klein overblijfsel wat eens een parmantig groen levend blad is geweest. Dan val je van je troon, je uitzicht. Jouw lijf dwarrelt als een licht perkament achtig veertje omlaag. Dit keer in de vorm van een uitgestoken hand. Nota bene op een ijzeren tralie gestel van jewelste. Ook hier zal je geen stand kunnen houden. Weggeveegd door mensen of meegewaaid met een zuchtje wind in een willekeurige richting. Onder een haag weggemoffeld of in een kliko gestopt!


Dankjewel wereld

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

maandag 24 november 2014

De ijzeren trossenkop‏


De ijzeren trossenkop kijkt stug voor zich uit naar alle bewegingen op en rondom het gigantische ijzeren reuzennest pal voor zich. Er lijken jongen met geopende spitse bekjes uit het nest te willen kwaken. De geopende bekken van jonge vogels die niet snel genoeg kunnen groeien hebben honger. Van ijzeren platen, stalen luiken, teer, balken, motoren. De eetlust is niet te stillen. In hun bek tillen ze alles op en verorberen dit eindeloos. De honger is pas over als het “kindje” gemaakt en klaar voor zijn bestemming is.

Alleen dit keer zijn het geen vogels die op het punt staan om hun nest verlaten maar, megasterke hijskranen als onderdeel van een geolied team van constructeurs.

Staturen van mensen op dit scheepsdok lijken op een geordende mierenhoop die stilaan vormen beeldhouwen van grote platen door deze te buigen of met thermische lansen in te korten en op maat maken. Maar de geoliede mierenhoop heeft in vroegere tijden vooral eten gegeven aan de bekkende kranen in een ijltempo, om economisch het verschil te kunnen blijven maken. Thuis in het gezin moet er namelijk brood op de plank komen.

Ik weet niet hoe oud dit scheepsdok is. Wel al heel oud. Het ijzer is doorweekt, nat en door invloed van de seizoenen kromgebogen, slaafs, onderwerpelijk en uiteindelijk traumatisch en desolaat. Het dok is nu verlaten.

Waarom? Het kindje is geboren. Met een fles champagne tegen zijn lijf, het water in gemieterd. Punchdrunk door de kracht van de champagne fles tegen de boeg, als felicitatie na haar zee-doop, heeft zij haar eerste waggelingen in het zilte water doorstaan. Zeeziek geworden, nee!  Zeewater smaakt inderdaad zilt.


Het dok ligt er verlaten bij. De naam van het uitvarend schip? Luctor et Emergo. Juist ja, ook zij worstelt en komt boven ook na haar doop.

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

dinsdag 18 november 2014

PENTAX de pionier van dit fotoblog

 

Daar lig je dan. Uitgeblust, uitgeteld en niet meer te repareren of in oude glans te herstellen. Met je metgezel steeds aan je zijde heb je vele jaren trouwe dienst bewezen voor iedereen die maar het lef heeft gehad om in je blikveld te durven komen. Want jij en slechts alleen jij kunt bewegende beelden subliem vastleggen. Dat is je gave. Jij kunt dat. De bedienaar en metgezel moet veel leren, uitproberen, nuances ontdekken en uiteindelijk samen met jou een prachtig resultaat neerzetten dat tot in de eeuwigheid digitaal kan blijven voortbestaan. Jij helpt niemand. Je bent onbaatzuchtig en geeft kansen weg om anderen te laten leren. Daar sta je open voor, zo ben je nu eenmaal, gewillig. Net als een gitaar. De bedienaar bepaalt de prachtige klanken en in jouw geval de pittoreske shoots.

Je metgezel heeft een innige band met je opgebouwd. Hij houdt je vast in zijn handen en draagt je overal heen. Hij heeft een soort mitella gemaakt dat hij om zijn hals draagt. Hij zorgt dat je niet nat wordt. In een leren pak wordt je gehuld, opdat je het niet koud zal krijgen. Van de andere kant heb je hem veel geleerd, vooral de momenten.

Ook heeft je metgezel jouw altijd gevoed. Je levens elixer bestaat uit batterijen waarvoor je niet allergisch bent en waardoor je krachtig kunt inspelen op het moment van afdrukken. Dan neem jij de pracht in je op, levensecht maar wel digitaal.

Samen hebben jullie door diepe dalen en hoge bergen gelopen. De maan, de zon de seizoenen zijn getuigen.

Jij bent altijd onoverwinnelijk en een fantastische ontwerper van nieuwe- en oude zaken geweest.
Maar ook jij hebt last van de tand des tijds. Je hebt je einddatum bereikt. Je metalen oogleden zijn gesloten om nooit meer open te gaan. Je metgezel gunt jou dit laatste momentum, natuurlijk maar wel digitaal.


Pentax, bedankt dat je een trouwe vriend wilde zijn, tijdens onze tochten en de fijne tijd samen. Jij bent de enige jager soort die schiet zonder dat er slachtoffers vallen,

dinsdag 11 november 2014

Lightning of zo


Mijn eerste fantasie; Stel nou dat deze pixels van Pentax geen pixels zijn maar een op meer dan een considerabele afstand waarneembare wolken bestaande uit vogels aan de hemel, die allerlei vormen kunnen aannemen naar believen. Ik kom daar zo meteen op terug!

Fantasie twee dan; de wereld is pardoes in een vacuüm gezogen. Alles wat leeft en alles wat de mens heeft op gebouwd is vergaan en in kleine zandige partikels opgezogen naar hogere sferen ver weg van de aarde vandaan recht het onmetelijke heelal in. Daar waar niets stoffelijks meer is. Daar waar geen mens geweest is of zal komen, zo ver weg is dat. Daar waar ontelbare planeten om elkaar heen krioelen uit macht of herkenbare overwinningsdrang, waardoor uiteindelijk niets meer zal overblijven.

De geluksfactor voor de planeet aarde is dat dit fatale vacuüm niet eerder uitgetest is. Megalomane Boze cijferaars hebben niet kunnen incalculeren dat het gewicht van- en de omvang van de aarde niet verplaatst kan worden. De aarde zou dus ogenschijnlijk de zwakste schakel kunnen zijn maar de onderlinge afstand tot andere planeten en de zwaartekracht als supersterke schakel houden elkaar terdege in stand, arm in arm. De hegemonie in dit zonnestelsel kan niet verstoord worden door deze luchtledige vacuüm bel of condoom van onbekende materie. Eens komt die tijd maar deze tijd is er nog niet, noch de plaats.

Het leven zal langzaamaan terug vloeien wanneer de reversibiliteit tijdig de kentering teweeg zal brengen.
Door onmetelijke krachteninvloeden begint het vacuüm barsten te vertonen en kermt flitsende elektriciteitsflitsen uit, als laatste zwanenzang. De wereld is nog steeds in totale duisternis gehuld maar laat zich nu gelden in de kleuren bloed en rood. De lucht stroomt van een maximum naar een minimum net als in de wet van Buys Ballot! De kleuren worden door de scheuren in de lucht gedrukt.

De kleuren grauw, zwart, grijs doormengd met diverse roodachtige tinten laten de ultieme Boze droom voorbij gaan. Wanneer de nacht weer dag zal worden, verwarmd de zon de aarde opnieuw en is alles weer mooi en groen, zo als het hoort te zijn. De brute overname is vermeden.

Als halleluja wordt het leven weer terug op aarde verwelkomd door een zwerm vogels. Deze vogels vliegen in diverse fantastische vormen als een sterk geheel zonder enige zwakke schakel. Een wolk van een baby kennen we allemaal. Wolken van samenwerkende vogels niet. Zij zijn zo snel zo apart maar ook weer een gezamenlijk geheel. Alsof los zand sterk kan samenballen tot krachtige buitengewone proporties en -uitingen.

Als een loftrompet met een zweempje wind op hun pad dat de vogelzwerm omarmt en als danspartner mee torent tot een sublieme prestatie met levensvreugde maar zonder schrift of foto. Tenzij


De wereld danst alweer van vreugde net als met carnaval. De mooie vergezellende tonen van Choir of young believers,  met hun lied Hollow talk zijn hieronder te beluisteren.

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

zondag 9 november 2014

Rots in de branding!


Om mij heen valt het kunstmatige licht met felle uithalen neer op mijn toetsenbord. Dat is een moderne zichtbaarheid. We vinden dat normaal maar er komt een dag nabij en dan valt de elektriciteit weg, als voorbeeld nu in België. De toetsen zijn zwart, smerig van de vele gebruikers en hebben dunne fragiele en gedeeltelijk weggevaagde halfduidelijke letterlijntjes.  Dan weet je waar je op moet slaan.

Ik kijk naar buiten, de weersomstandigheden zijn grauw, nat en duister. Geen prettig vooruitzicht.  Dat heeft vooral te maken met het aantal; omwentelingen om de zon en de gedraaide baan, waardoor het noordelijk halfrond het nakijken heeft.

Dan valt mij  de foto van Jacco en Pentax op. Iedereen ziet iets persoonlijks in een afbeelding zo ook ik. Op de foto zie ik in mijn beleving en referentiekader -daar kom ik zo nog op-  van alles voorbij flitsen, met nadruk op flitsen.

De aarde is een mallemolen van meer en meer in relatie tot sneller en nog sneller. Degenen die het tempo en de vereisten niet meer kunnen bijhouden zijn de Sjaak. Kortom doorgaan zonder pauze of momentums van bezinning. De economie wordt de aanjager van de seizoenen. De zon en de wind tellen niet meer mee om de seizoenen binnen te halen en weg te blazen.

De aarde is duidelijk op hol geslagen. De omwentelingen van de aarde gaan steeds sneller. Onzichtbare en normale rustige luchtverplaatsingen worden door dit tempo aan elkaar geregen als een super langzame sluitertijd van een fototoestel. Wat vaag is wordt zichtbaar en krijgt een zichtbare duidelijke sliertige vorm. Gebouwen en andere onroerende zaken gaan van zichtbare statuur naar vaagheid en verval. De flora en de fauna heeft opgegeven om het tempo bij te houden. De tijd is te snel geworden om erin te kunnen manifesteren of te kunnen leven. De tijd is uit zijn normale doen.

In mijn referentiekader heb ik al een sprongetje gemaakt. Als ik dan het woord Enterprise noem dan denkt iedereen dat dit de naam is de naam van een fictieve sterrenschip, ontworpen als verkennings- en ontdekkingsschip uit de gelijknamige reeks olv captain James T. Kirk. Dat zou kunnen als ik dan snelheidsbevorderende snelheden ontwikkel waardoor het lijkt of alles en iedereen stil komt te staan. Dat zou goed kunnen als ik de foto bekijk.

Enterprise kan ook een onderneming zijn, of  een op draaimolen lijkende attractie.

Of zou de aarde kunnen vervagen van een duidelijke vaste vorm naar vaagheid en sinisterheid.

In ieder geval heeft leven op aarde nog een kans. Het sprongetje kan als een kind zijn dat over het paaltje bok springt. De verf bladdert af van het paaltje. Hij neigt lichtjes scheef in zijn gevecht tegen de seizoenen.

Ik zou het paaltje als het laatste bastion op aarde willen betitelen.  Een vuurtoren, een kennelijke Brandaris, de beschermer tegen kwaad. Gebouwd op gevaarlijke plekken in ons leven. Zichtbaar of latent.

De aarde op hol geslagen of gelukkig  toch maar de ruime tolerantie van de sluitertijd van Pentax..

Tekst: Han Tummers

Foto:  Jacco Bezuijen

Karma


Misschien kan de ordeloosheid op aarde nog net op tijd worden afgewend. Wolkenslierten vol met agressie vallen omlaag naar de aarde. De pointman van dit wolkendek is als een heraut naar voren gestuurd. Hij is als een zweem boven alles wat beweegt en als een eagle-eye houdt hij alles in de gaten totdat hij, de heraut, de aanvalsgolven kan aansturen. Objecten en valse bewegingen worden meteen gespot en ingedeeld in de betreffende gevaar categorie. Als een arend hangt hij boven dit fotografisch knooppunt van Jacco.

Leven op aarde is diffuus, vandaar. Leven wordt uitgeschakeld op knooppunten.  Deze knooppunten worden pas gestructureerd indien er reden toe is. Redenen zijn er genoeg op te sommen. Op kruispunten van leven en dood heerst er leed en chaos. Waarom? Alle bewegingen op aarde zijn al geregistreerd en administratief geregeld. Omissies ontstaan op knooppunten in het leven wanneer de regelgeving terzijde wordt geschoven. Dan ontstaat chaos en onverteerd leed.  Dat hebben we al zo vaak gezien. De put wordt te vaak gedempt als het kalf verdronken is, zo ook in onze verkeer(de) bewegingen.

Een zichtbare muur van rood licht moet nadien het leed verzachten en de weerstand doen vergeten.
Kan het ook anders? Ja dus, met een volmaakt rond schild van verfstructuur of gewapende betonnen elementen die de chaos 24/7 moeten blijven indammen.

De foto van Jacco geeft perfect de stand van zaken weer. Huizen en auto’s voelen zich veilig in de nabijheid van het grote beschermende rotonde- of verkeers-schild. De zweem erboven kan ook worden gezien als een atmosferische omstandigheid die aangeeft dat het najaar van de natuur in aantocht is. De mens voelt zich hopelijk genoodzaakt om, zich terug te trekken in zijn of haar warme knusse huiselijke omgeving. Buiten op straat bij de knooppunten is het niet pluis. De mens zoekt de buitenwereld slechts op in zijn metalen bolide. Daarin voelt hij zich gevoelsmatig beschermd tegen ongure omstandigheden.

Dat denkt de mens in zijn onwetendheid, totdat de realiteit hem of haar inhaalt. De wolken gaan altijd opzij voor alles en iedereen maar soms belemmeren zij ons in het aanzicht en dan…

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

De zon gaat met reces




De laatste stuiptrekkingen van de warme herfstzon in Barendrecht. De aarde draait meer en meer naar het donker. Overdag komt er in deze herfst in dit najaar toch nog een onverwachte weldadige portie gele glans. Behaaglijk voor ons mensen. De natuur is danig in de war. Moet de groei- en bloeispurt ingezet worden of gaat zij uitrusten! Bedenkelijk alweer. Gisteren en ook vandaag alweer. Ik zie geen vogels, zijn ze uitgevlogen naar warmere oorden? De atmosfeer is nog als rustig te betitelen. Begeleid door een behaaglijke temperatuur wordt iedereen en alles op zijn verkeerde been gezet. Mens en natuur. De oogst is binnen gehaald. Er is geen ontkomen meer aan de naderende donkere dagen. Om 18.45 uur is het al pikdonker. De wolken pakken zich samen op een hoop, aangedreven door de strenge wind. De kosmos bemoeit zich met dit tafereel. De zon draait steeds verder af van ons plekkie op de globe. Fraai is dat want ook de aarde went zich af. Buien, regen, sneeuw en lage temperaturen zijn in aantocht. Gaat dit overal op aarde zo? Nee, er zijn continenten die nu van de eeuwige zomer gaan genieten. Oneerlijke verdeling? Dat zou zomaar kunnen. Zonsondergangen zijn altijd een PP = pittoresk panorama. De gele gloed verandert van geel, naar roze naar grauw geaccentueerd door de samen geraapte wolken van dat moment. De maan drijft alle licht behalve zijn eigen, weg en opzij.
Niet iedereen is het eens met het ontbreken van de zon. In Barendrecht loopt iemand op een levensbrug. De verbinding naar de zon. In zijn handen heeft hij een touw om de zon deze kant op te trekken. Zo “schijnt” het te kunnen zijn. In zijn handen zou ook een fotocamera vastgehouden kunnen zijn.

Mooi dat de zon de contouren van de levensbrug weerkaatst op het water, dubbel oogstrelend genot.
Dan wordt het nacht zoals iedere nacht, de aarde draait onderwijl verder af en staat zijn plek af. Is dit eerlijk, ja maar ook blue dom. Zou de zon morgen vanzelfsprekend weer opkomen. Of laat zij ons vanaf nu in de steek.

Tekst: Han Tummers 
Foto :  Jacco Bezuijen 

Een wonderbaarlijke genezing


Door de foto van Jacco over koeienbeesten moet ik weer terugdenken aan een voorval bij de politie! De koeien destijds zijn te betitelen als ondeugend maar ook dolkomisch in hun wezen. Ze renden eigenwijs over of door de afrastering en dan moest in het midden van de nacht de politie opdraven (Yippieyayee) om eventuele ongelukken in het verkeer met die koeienbeesten te voorkomen. Het gras buiten de eigen wei is altijd groener zullen we maar zeggen. Maar opletten door deze grazige soort is er niet bij. Daarom hebben tal van boeren schrikdraden –in de vorm van groene paddenstoelen- gemaakt aan de afrasteringdraden. Maar ja alles gaat een keer kapot of wordt gestolen. Dus geregeld zijn wij van de politie, de cowboys zonder paard, achter de koeien aangerend. Vaak gepaard gaand met hilarische taferelen en onverwachte wendingen om geurige koeienflatten te ontwijken.
Een keer tijdens een wandeltocht in het Mergelland moet ik plots aan een voorval van mogelijke dierkwelling denken. Ergens in de Bermuda triangel tussen Epen - Slenaken - Eperheide word ik tijdens mijn dienst geroepen bij een zieke schuchtere koe. Een onvolwassen koebeest dus een pink of een vaars, weet ik mij nog te herinneren. Dit schichtige koebeestje loopt in een weiland met meerdere andere familiegenoten. Alleen zij knijpt er altijd tussenuit en is niet in te vangen. De boer weet dan ook niet te vertellen waarom. Omdat ook dit weiland grenst aan de openbare ruimte zijn wandelaars erbij uitgekomen en zien dat het dier pijn moet hebben aan zijn hoofd.
De koe wordt aangewezen door de toeristen en dan zie ik pas dat deze koe een soort halster van touw omhad. Dit halster heeft ie van jongs af aan omgehad. Achter in zijn nek en op de neusbrug heeft het touw zich als het ware ingevreten in het vlees. Dat moet al zijn hele prille leven pijn gedaan hebben in steeds ergere mate. Dus een eventuele ruk of een trek aan zijn halster, dat kan de koe uit angst voor pijn niet hebben. Vandaar zijn terugtrekkend karakter Uiteindelijk na invangen wordt een dokter erbij gehaald en kan het halstertouw eraf gesneden worden. Een melange van bloed, pus en rottend touw wordt verwijderd. Dit touw heeft diepe wonden aan nek en neus achtergelaten. Het ziet er vies en goor uit. Een wonderzalfmiddel heeft de gezondheidstoestand toen heel snel positief veranderd. Bij een nacontrole blijken de wonden wonderbaarlijk te zijn genezen EN blijkt ook nog eens dat het diertje is genezen van zijn angsten! In onze ogen is de boer niet verkeerd bezig geweest. Alleen een kwestie van verstoppertje spelen door deze koe heeft hem zelf parten gespeeld. De overige koeien hebben nergens last van en de verzorging is in orde. We hoeven geen nacontroles meer te doen.

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Eendagsvlieg



In mijn tuin achter de woning, heb ik een koudwater badje staan. Hoe warmer de lucht, hoe warmer het water wordt. Het badje is ontdaan van bijna alle luxe franje, buiten het koude water en de onverwarmde –bijna- herfst lucht. Gisteren keek ik op het heldere stille water neer en zag tal van zwarte macabere puntjes op het water deinen en sommige van deze puntjes lagen al op de bodem. Levenloos of in de kramp van een hartaanval. Het water is volgens insiders ijs- maar dan ook ijskoud. Ik vind dat wel meevallen. Misschien heb ik niet zoveel gevoel. Ik neem dagelijks diverse porties frisheid uit dit bad vandaan.

Ik houd wel van schoon water en reinheid. Dus heb ik een schepnet waarmee ik als een volleerd tennisser aan het net, de ballen - of in mijn geval de puntjes - retourneer. Wel een vreemde gewaarwording is dat ik steeds nieuwe lijkjes uit het bad moet halen. Om even later weer dezelfde zuiverende handeling te moeten herhalen. Ze vallen bij bosjes uit de lucht. Dan is er zoveel plaats in mijn tuin maar nee, ze moeten net in mijn plastic armetierig badje vallen. Ik zou zeggen; spread your wings en ga ingevolge de heersende lucht thermiek in ovale geleidingen zachtjes naar de grond. Maar nee, het moet weer anders.

Nadat ik met mijn visserswerk klaar ben nemen de mieren rondom het badje geposteerd met hun likkebaardende kaken, de lichamelijke resten van de dode kamikaze vliegen mee. De natuur ruimt inderdaad alles op. Iedereen tevreden. Mijn bad schoon en de mierenstad volop in de voorraden.
Dan schiet me onder het opruimen de term eendagsvlieg te binnen. Je zou maar op deze ene dag je dag net niet hebben of niet kunnen scoren. Vreselijk deze gedachte, over and out!

Volwassen eendagsvliegen kunnen niet eten. Ze leven slechts enkele uren tot een dag, uitsluitend bedoeld om tot paring te komen. Er zijn ontzettend veel mannetjes in tegenstelling tot vrouwtjes. De kans op bevruchting en daarmee de toekomstverwachting wordt hierdoor aanzienlijk vergroot.
De vrouwtjes paren met een mannetje en zetten korte tijd later al de eitjes af op het water. Vandaar dat ze in de buurt van mijn water willen scoren deze bay-watch types. Ze wachten namelijk op hun David Hasselhof.

Een voordeel, ze willen alleen maar bay-watchen en 6-en bij een goede waterkwaliteit.

Dan vraag ik me het nut van hun bestaan af! De tijd kent bizarre invullingen

Hommel

Jij gespierde hoogvlieger met je vol-aderige doorzichtige vleugels. Een beetje gelijkend op een narcis. Je laat alles van jezelf zien zonder de gordijnen omlaag te doen, bij wijze van spreken. Hoogvlieger dus ook. Je bent zo zwaar behaard als een hond tegen de kou maar ook nog ergens anders voor. Daar kom ik nog op terug. Jouw weelderig haardos maakt je vooral moe in de zomer en….lui, bovendien.

Je bent eigenlijk te lui om zelf je kroost op te voeden. Seks met je partner kan nog net maar daarna lig je liever te genieten in de zon op een weelderig tapijt van geel fluwelen plantendecor dan dat je met voedsel en zo, in de weer gaat. Opvoeden laat je liever over aan anderen, vooral die met een robot achtige onuitblusbare aanpak en tergend geduld. Jij bent een meedogenloze koekoek achtige. Jij luiwammes, jij zwerver, jij schijnbare rare egoïst! Maar is dat ook zo?

Je bent log, zwaar en vooral sterk met kaken gelijk als die van een hyena. Alleen jij gebruikt je gebit om bloemen open te knippen om snel –voordat je alweer moe wordt- bij de godendrank, de nectar te geraken. Je hebt bovendien een groot lichaam, maar relatief kleine vleugeltjes. Het is eigenlijk bizar dat jij toch kunt vliegen. Je gebruikt je vleugels als helikopter rotors. Jij onmiskenbare krachtpatser, door op en neer te slaan met je vleugels ontstaan liften in de lucht die zorgen voor opwaartse krachten waardoor je toch kan vliegen ondanks je overgewicht. Ik ben bang dat je bij een drugtest door de mand valt door een structureel surplus aan anabolen toe-eigening.

Je levensbron is nectar en stuifmeel, dat je bijeengaart en in je rugzak meetorst.
Eigenlijk kan ik je geen ongelijk geven. Je wordt door de aantrekkingskracht van bloemen getorpedeerd in hun uitnodigende richting.  Hoogvlieger zei ik al. Je herkent vooral de gele- en groene kleuren. De kleuren van voorspoed, voortplanting, leven en tijdelijk levensgeluk. Jouw tijdelijk geluk duurt kortweg gepakt twee seizoenen. Daarin moet je alles doen; opgroeien, leven, verliefd raken, eten, voortplanten, leven doorgeven en bevruchten van botanica. Geen wonder dat je moe wordt. Ik zou als ik jou was ook op een geel fluwelen bloemenbed gaan uitrusten met de twinkelingen van de zon in je gelaat en op je lijf. Dat is pas genieten onder een briesje wind en deinende zalige acrobatische bloemenstengels.

Na voldoende uitgerust te zijn, vlieg je nog een keer met je machtige –te kleine- vleugels weg vanaf je droom oase en schudt je je huid nog eens uit. Het stuifmeel wordt verspreid vanaf grote hoogten.
De kern van alle leven waait uit over grote distantie, als we ons daar maar van bewust zijn.
Eigenlijk hommeles want je hebt ook vijanden van vogels, de mens tot insecten die jouw voortgang graag zouden willen bevriezen. Het stomste wat leven op aarde zou kunnen overkomen is jouw verdelging.

Zonder jouw intuïtieve inzet was er niets, helemaal niets meer, zou dat ook genetisch bepaald zijn?

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Slakken en hun gang



Je lijkt altijd doorweekt kletsnat en glibberig. Je bent een te langzame beweger of een levensgenieter die in elke mogelijke porie wil gluren om mooie optische dingen te beleven? Je glijdt als het ware voort over je gespierde glibberige onderbuik. Net zoals gletsjers miljoenen jaren geleden. Je bent een week dier. Je hebt altijd je have en goed bij je. Lijkt me best wel af en toe lastig wanneer je eens alleen op weg wil, zonder ballast van je sleurhut! Je eet in mijn tuin vooral hosta’s hun bladeren. Ik verwens je daarvoor af en toe maar ik laat je toch maar jouw (slakken) gang gaan.

Net als bij de mens komen er hermafrodieten bij jouw specie voor. Dat zijn kennelijk de slakken met de erg grote schelp-huisjes. Die willen namelijk niet bekeken worden op hun curieuze levenswandel. Jij bent een lustobject en dan vooral voor de smaakpapillen en knorrende magen van mens en dier. Bang om gezien te worden heb je slechts een eenpersoons huishouden op je rug gebonden. Voortplanten kun je in je eentje, best wel apart om twee seksen binnen een lijf te hebben.  Jij kunt dus alleen bestaan. Het enige dat je nodig hebt zijn mijn hosta’s klaarblijkelijk. Jij eenzame  solist met je sprieten op je kop.

Hoe gladder je pad hoe makkelijker jij je kunt voortbewegen of omhoog kunt klimmen. Dat staat lijnrecht tegenover de wet van Newton i.v.m. gladde weerstanden en houvast. Je bent de grootste slijmbal die ik ken. Maar je gebruikt deze slijm om je voort te bewegen om steeds verder weg te glijden. Glij je op de grond voort dan heb je ander slijm dan wanneer je omhoog klimt naar mijn hosta’s bijvoorbeeld. Daar zit ietwat meer bizonkit in, zullen we maar zeggen. Je kijkt ook uit met de temperatuur en de zon anders droog je helemaal uit, dus vooral met regenweer kom je uit je schulp. S ‘nachts ben je actief op pad. Je bent een onopvallende bange verschijning, gehuld in schutkleuren, om vooral geen vijanden aan te trekken. In Nederland behoor je tot de beschermde diersoorten, jij zielige vertoning.

Optisch heb je me al een keer op het verkeerde been gezet. Deze herinnering kwam weer te voorschijn toen ik de foto van Jacco zag, waar je tegen een glas omhoog klimt als ware het dat je de blote lucht in zou kunnen klimmen zonder enig houvast als een trapeze artiest.

Nee, ooit dacht ik dat je over het water kon lopen. Bij nader inzien viel je er niet in want alles wat je deed is glijden over je onderbuik op een grote doorzichtige ruit boven het koele water, een bijna goddelijk tafereel.

Het exclusieve materiaal dat je bij elke beweging achterlaat is een glinsterend slijmspoor.

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Nieuw Leven



Ooit was je beeldig, fraai en mooi tegelijk, kreeg je groei spurten net als alle anderen om je heen en simultaan een mooie groene haardos. Puur natuur. In je jeugd groei je uit tot een bijzonder lange-, stevige- en ongenaakbare statuur. Je houdt van rust en eenvoud boven de wereldse kakofonieën.
Tevreden met slechts een zuchtje verkoelende wind, zuurstof in de lucht en een beetje regenwater om je lichaamscellen aan te vullen met deze levenssappen. Je gedijt goed en als tegenprestatie doe je onbaatzuchtig mee in de cirkel of life. Je neemt en geeft. Je neemt koolmonoxide op en geeft zuurstof af aan al het omringende leven.

Door je starre- en stoere onbeweeglijkheid wordt je ook voor anderen een veilige thuishaven of een rots in de branding, bij wijze van spreken. Vogels komen bij je en kloppen op je huid. Dankbaar voor de aandacht geef je aan spechten voedsel. Laat je andere vogels toe in je weelderige haar om te nestelen en om er hun jongeren te laten wonen en uitvliegen.

Dat groter worden qua postuur heeft een noodlottige ongewilde rivaliteit ten grondslag. De doodeenvoudige reden hiervoor is zonnelicht. Zonder zonnelicht, sterf je af. Dus groei je er op los. Je was ooit een gevierde diva of divo want jij groeide uit tot de grootste en stevigste boom van allemaal. Desondanks was je nooit en te nimmer ingebeeld als een hedendaagse snob. Je straalde wel tot in de weidse verten maar dat noem ik trots, sportiviteit en overlevingsgezindheid. Want hoe groter je werd hoe meer je aan anderen gaf. Ook jij was ooit een heiland, je nam alleen maar zoveel als je nodig had en niet zoveel als je dragen kon met je sterke lijf. Ook dat is een van de wetten van de natuur. Jouw nazaten zetelen in jouw directe omgeving en doen reeds mee aan de klimatologische begrippen der natuur.

Zo groei en bloei jij vele tientallen jaren en maak je oorlogen en veldslagen mee, vang je granaten op met je blote bast en bloedt je. Je geneest zelfstandig van je opgelopen wonden in diverse oorlogen.
Als ad hoc liefdesplekje krijg je een hoop te zien en te horen. Gelukkig kun je geen rooie oortjes krijgen! De machtige jaargetijden gaan in een steeds sneller tempo aan je voorbij, dat heeft kennelijk te maken met de vergevorderde leeftijd. De mallemolen van ieders leven, nietwaar.
Je begint uiteindelijk te kraken uit al je poriën, je verdort en wordt onvruchtbaar waardoor je geen nieuw leven meer kunt doorgeven. Maar daar zal hopelijk iets op gevonden worden, jou kennende.
Tijdens een heftige storm tegen je tanende lijf dat krakkemikkig, broos en frêle geworden is, val je van je voetstuk en breek je af aan de bron van je bestaan, de bodem, voor zovele jaren je vaste partner. Genetisch bepaald is dat je altijd leven zou doorgeven. Dat zal nu ogenschijnlijk niet meer tot de mogelijkheden kunnen behoren, tenzij!

Daar lig je dan op de lekkere malse bodem terwijl het leven en de –sappen uit je wegstromen. Beetje bij beetje. Je gaat niet zo snel dood als je zou willen. Je blijft helder van geest en nog lekker warm van lichaam. Bodemleven uit de natuur vraagt of ze je mogen bezoeken. Jij vindt alles best. Je zult toch nooit meer rechtop kunnen staan. Je bent ook te moe om mens, dier of micro organismen weg te jagen. Dat frutselen aan je lichaam vindt je eigenlijk best wel prettig, ben je toch nog nodig in de natuur als voedselbron, maar nu helemaal onderaan in de levenskring. Er zijn nog een paar jonge boomscheuten die uit je groeien en blijven bloeien, want jij gaat nog steeds veel te langzaam dood, jij lekkere malse boom.

Dan wordt ook jouw lichaam mals en weeïg. De jonge boomscheuten net nog uit je gegroeid laten hun bladeren vallen en sterven af om nooit meer naar de zon op te kijken. Langzamerhand wordt je een met de bodem, waar je nu nog op ligt. Micro organismen peuzelen je gedeeltelijk op. Je hebt geen zenuwen of pijn. Jouw rottingsproces is er een van langzaamaan vermolmen. Je ruikt niet vies, eigenlijk een vreemde gewaarwording!

Om jouw uittocht met een mooi eerbetoon te laten verlopen vormen de organismen een gezamenlijk bondgenootschap en een prachtig gemaakt levensecht kunstwerk, als een hele mooie Engelachtige zwam, is het uiteindelijke magnifieke resultaat. Nu kan jouw uittocht feestelijk gevierd worden.
Het heeft wel lang geduurd. Ten slotte ben je niet door de mens omgehakt en in het vuur opgestookt of als stevig element bij bouwwerk gebruikt. Nee, jij hebt zelf je eigen doodstrijd geregisseerd tot het moment dat ook jij geen levensbron meer kunt zijn. Je bent altijd onaantastbaar gebleven.

Altijd maar denken aan ander leven en waarschijnlijk te weinig aan jezelf,

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

Wolken of Windy Clouds

Jij, altijd zwevende, grote wereld visionair. Ik kwam er alweer achter, voor de zoveelste keer. Je beeldige voluptueuze gedaante verraste mij op weg tijdens mijn 6 km run, over velden en paden. Jij kent vele gedaantes. Die van vanmorgen vind ik het gaafste; luchtig, wittig verlichtend en vooral gespreid over de atmosfeer. Het is alsof je me gunt dat ik plezier krijg in de natuur. Je gaat voor mij opzij en maakt mijn pad helder en zonnig. De teweeg gebrachte helderheid van de natuur maakt me happy. Jij beschermt me en laat me genieten van de kleine dingen, meer dan ik al doe, helemaal op mezelf samen met mijn gewaarwording, dat voel ik. 

Jouw gedaante gaat als een veranderlijk panorama aan mijn ogen en horizon voorbij. Ik begin dan meestal te fantaseren en jij, jij doet vrolijk met me mee. Als een gevierd kunstenaar ben je constant aan het beeldhouwen en maak je de mooiste luchtkastelen hoog in de lucht en vang je mijn interesse, keer op keer. 

Ik ben blij dat je mij altijd vergezeld en met mij meegaat als ik fiets of loop, boven mij. De mens denkt dat alleen de zon mooi is, maar dat is een grote vergising. Altijd zon op ons neerdalend zal betekenen dat alle leven op aarde zal verdorren en sterven. Jij houdt als een opperste umpire van nuances en geeft ons een paar maanden per jaar zon als respijt. We krijgen daardoor minder enge ziektes, kunnen genieten weliswaar met mate, tenzij we de zon extra gaan opzoeken in verre tropische oorden als passagiers in stalen vogels vol lucht verontreinigende kerosine.
Ondanks protectie ben je ook wel eens kwaad op de wereld en haar egoïstische bewoners. Dan laat je de lucht als het ware exploderen en schiet je met scherpe bliksemschichten op al wat beweegt. De andere keer ben je coulant en laat je uit donkere wolken regen, brokken hagel en mist neerdalen.
Dat zorgt ervoor dat het buiten rustig wordt en dat vooral de mens zich terugtrekt in huizen en bolides om op kleine schaal verder te gaan in onnozele onwetendheid. Sommigen zoeken mistige schimmen op om ongezien hun wandaden te plegen.

Als de mens niet wil luisteren en jouw waarschuwingen in de wind slaat en overal zijn huisjes bouwt en verboden gebieden inneemt, dan geef je een dodelijke waarschuwingen af in de vorm van tsunami’s en orkanen die de wereld wakker schudden en leven doet vergaan. Jouw interceptie zorgt voor overstromingen en het luttele besef dat de mens niet alles ongestraft mag blijven doen.
Tot zover de situatie in Limburg.

Barendrecht dan. In elke stad een andere schat zo lijkt jouw motto te zijn. Ik zei het al eerder, Windy Clouds. Jij kent vele gedaantes en aliassen. Van licht tot donker van eenvoudig naar samengesteld. Je komt als een vriend of opponent in Barendrecht aan land. De zilte zee heb je bereids van je afgeschud en achtergelaten. 

Je hebt een dualisme in je. Je wilt leuk en attractief bevonden worden om op een volgend moment tevoorschijn te komen als je alter ego, je donkere kant, en deze aan de wereld laat zien, onwaarachtig. 

Je begint eensgezind compact en verschijnt aan de grenzen van Barendrecht als een tedere informatiebron waar niemand voor te vrezen heeft. Je kleur is helder en licht en beschermt de velden en gewassen tegen overdadige inbreuk van de zon. Je bent tevreden over hoe de mens met de natuur omgaat. 

Echter het geweld tussen mensen overal ter wereld gaat onverminderd grotesk door en daar kun je je kwaad om maken. Vooral als mensen die het goed bedoelen in de hulpverlening, keer op keer worden belaagd fysiek en mentaal, tot het hun de oren uit komt en zij ziek worden. Daar, Windy Clouds, daar wordt zelfs jij boos van en je laat jouw boosheid duidelijk zien en blijken. Helaas is het dan al vaak te laat voor deze hulpverleners en is het moeilijk om bij te sturen naar vertrouwde omgang, proporties en intenties jegens elkaar. 

In jouw geval betekent dat dat je donkerder van kleur wordt. Je kleuren veranderen van toegankelijk en bedeesd naar onheilspellend en gevaar voor de komende fascinerende reactie. De contrasten van licht, zon doorlatend en donkerheid worden in een beeld opgevangen om te eindigen met bliksemacties en zware regenbuien. Je kraakt en braakt in al je zintuigelijke mogelijkheden. Het is maar de vraag of jouw schreeuw wel gehoord wordt en er iets esthetisch mee gedaan wordt in belang van het leven van de mens. De tijd zal leren of de mens beter wordt of dat de mensen zich beteren in..

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

Lieve hortensia

Je kwam onverwachts in mijn horizon, in mijn leven, weliswaar op gepaste afstand. Elke morgen begroet ik je sindsdien, anoniem en onzichtbaar vanaf een afstand. Jij hebt geen weet van mijn stille adoratie. Ik vind het wel raar dat je vaak zo ziels alleen bent en buiten staat te wachten bij jouw bondgenoten de wind en de regen. Ik vind jou zo warm, zo genereus. Altijd in dezelfde pose, gekleurd bijna verlichtend. Jouw inborst is goddelijk. Jouw blozen, jouw bloei, maakt iedereen blij.

Maar, is dat ook zo! Want ik zie ook vreemde gewaarwordingen aan jouw figuurlijke weergave, als ik je observeer. Jouw scheppers hebben je verminkt, gemodificeerd op de lopende band zo ook jouw familieleden. Aangepast, aan de wensen van de gebiedende cliënten. De trends waren niet altijd in jouw voordeel en dat zie ik nu aan je. Je loopt uit het lood, je borsten zijn topzwaar en hangen meer dan wenselijk en wiegen weer blij op en neer als de wind jou streelt en de regendruppels je kuisen.

Dan je voeten, ze zijn geketend en bewegingsloos gemaakt in een ronde gevangenis. Nee, hortensia ik zie dat je niet blij bent. Je wilt alleen verder maar, je wordt tegengehouden. Uit frustratie val je vaak om. Dat is niet zo vreemd want jouw te kleine ingesnoerde voeten kunnen je gewicht en lichaamsdelen niet dragen. Dat is nou de funeste trend en mode van een aangetaste natuur, eigenlijk heel jammer. Wat de een of de ander mooi vindt hoeft genetisch nog niet bij jou te passen. Laat de natuur de natuur zijn.

Alleen sta je daar op een mooie marmeren ondergrond. Je kunt alleen maar om vallen, weglopen kan niet want je voeten zijn geketend. Als je valt dan lig je vaak uren hulpeloos te wachten. Je houdt barmachtig stand. Eigenlijk ben ik een lafaard omdat ik je laat zijn zoals het betaamt is. Als slaaf bij je verzorgers.

Het lijkt dan ook dat je geen verzorging en verpleging nodig hebt. Maar mooie hortensia, het verdriet begint aan je te trekken. Je mooie boezem begint af te takelen. Je wordt grauw en grijs. Je lichaam vertoont de sporen Je leven is hard en onverbiddelijk.

Gisteren dan, je verzorgers willen je afstoten, weg uit hun midden, voorgoed…….
Ik heb je met liefde ontvangen, je bent meer dan welkom in mijn huis. Ik zal je een mooie plaats verschaffen. Maar eerst zal ik je ontdoen van de ketenen aan je voeten. Dan kun je wroeten in de bodem en je vrij voelen.

Dan herinner ik mij de prachtige neergedaalde regendruppels op je bladvleugels, boezem en andere ledematen. Je groeit, bloeit nog intenser. Je laat insecten van jouw nectar proeven opdat leven wordt doorgegeven.

Je bent tevreden met het bad der natuur. Dat laat je graag zien vol overgave. De regen is jouw natuurlijke make up, de wind blaast jouw natte sensuele lichaam droog. De regen absorbeer je en je groeit. Uiteindelijk in elk najaar geef je de regen terug aan de aarde. Je gaat in retraite zoals elk jaar de bedoeling is.

Maar lieve hydrangea, komend voorjaar kun je je trots en vrij voelen. Ik zet je niet in de volle zon, maar gedecideerd in de half schaduw met een tintje zon, naar jouw believen, wat ik kan zien aan je uitstraling. Ik zet je niet solitair ergens achteraan maar in het zicht, tussen je eigen verwanten. Waarom? Daarom! Je hebt het verdiend

Tekst: Han Tummers

Foto:   Jacco Bezuijen

Het magische kristal

Druppels puur vocht uit de hemel. Onze grootste vermaledijde rijkdom. Dat is een vreemd gegeven, onmenselijk, zo ongelouterd, zo misbruikt helaas. Waar veel voorraad van is wordt bijkans als schijnbaar ordinair, slaafs niets waard, betiteld. Hoe mis kunnen we het hebben! Maar vocht is onze grootste rijkdom.  Waterdruppels bijvoorbeeld in een stil palet in de stilte is als een affiche. Maar apart een zachte vloeibare diamant. De diafragma’s de kleuren grandeuren uit diverse hoeken belicht, geven een magische inkijk. Onaantastbaar divine, wellicht. Deze druppel zou niet misstaan op een bedje van goud in een sieraad, een ring. Aan een hand van een jonge deerne die haar emotie ook weer kan uiten in mooie traandruppels uit haar ogen toverend. Inderdaad de kracht van een ware beauty.
Echter druppels in hun presentie geven iets terug aan de wereld. Stilletjes. Geluid van water maakt iedereen rustig. Geluid van water inspireert tot het maken van andere klankkleuren door bepaalde levensvormen geopenbaard, bijvoorbeeld door de mens. In liedjesvorm. Singing in the rain, het tikken van de regendruppels tegen… (Rob de Nijs)  en nog talloze bedachte superlatieven aan dit bijna magische ordinaire fenomeen.

Druppels geven ook iets terug aan de wereld wanneer zij neerdalen vanuit de hemel. Een waar beauty contextueel manifest. Druppels separaat gebezigd, geven een nuance, een ongekende frisheid en verkleuren mens, dier en de botanica tot oogstrelende bewegende- en wiegende muzen. Een waar wet T-shirt expositie uitgespreid over alles en iedereen.

Druppels laten zich graag vangen en zorgen dat kleuren opbloeien. Groen wordt groener. Heel even maar want water wil verder gaan op haar Quest. Over randen van bladeren om aan de onderzijde haar nieuwsgierigheid te bedwingen en liefelijk verder te dwarrelen tot het moment dat zij als een acrobaat willekeurige bezochte botanica adieu zegt en haar leven verder deelt in de bodem, met de kiem van ander leven op aarde.

Druppels zijn onverwoestbaar. Schiet er maar op het heeft geen effect. Schieten met jouw Pentax, Jacco sorteert wel het gewenste effect, geweldloos. Alweer een zalige oogstreling.

Tekst: Han Tummers
Foto's: Jacco Bezuijen

De onzichtbare speer


De baldruppel of druppelbal drijft in de lucht over het stille serene water. Het water merkt haar pupil op en wil een zijn met alles om haar heen en balt haar innerlijke krachten samen tot een onzichtbare speer. Deze speer wordt gelanceerd onder het wateroppervlak. Het stille water maakt plaats voor deze energie en gaat deels opzij. Dan gebeurt er iets wonderbaarlijks. De waterspeer wordt zichtbaar en reikt uit naar de in de lucht drijvende druppelbal. Zou de speer de druppel kunnen inlijven? Ja, want de wetten van de zwaartekracht gelden ook hier. De druppel komt binnen bereik en wordt aangezogen. Alle vloeistoffen dansen neer in het onstuimige wateroppervlak met een plof van verdere water ringen, die steeds sneller en verder wegebben tot het water weer stil wordt. Mooi dat een getuige dit kan vastleggen in prachtig beeldend materiaal, voor het nageslacht....

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Water



Doodgewoon maar zo onbeschrijflijk bijzonder. Om te wassen, om te gebruiken. Water zit in onze genetische innerlijke verhoudingen. Meestal is water zacht, omarmd ons, verfrist ons, loutert ons, geeft ons een kick. Zorgt ervoor dat we weer mooi voor de dag kunnen komen. Water zorgt dat we kunnen blijven leven.

Water is meestal stil, sereen, geeft veel rust en lacht naar ons op elk moment van de dag. Je mag water vastpakken, opvangen, mee naar huis nemen, in de koelkast zetten, via een beekje laten voortkabbelen. Of opdrinken. Of hoe dan te gebruiken.

Water is op zijn mooist als je haar met rust laat en haar laat stralen in de zon, onaangetast. Water zorgt voor leven en blijft leven en de meest veranderlijke vormen.

Water is net als een X-ray. Water weet alles van ons want het zit in ons in alle vezels van ons lichaam. Er zitten ontelbare microscopische levensvormen in elke druppel water die allen samen, maar ook apart slim genoeg zijn om te overleven. Zich aan te passen aan het beslissende moment, bijvoorbeeld als we haar op kooktemperatuur brengen. Water speelt met iedereen in een vele mooie nostalgische herinneringen. Water laat het leven toe zowel onder- als boven water. Water kan ook haatdragend zijn en verandert op zulke momenten in boze orkanen die de wereld kunnen veranderen en de zeeën woest en onbevaarbaar maken.  
Water kan in ijselijke vorm ons keihard doen verstarren en zelfs de Titanic doen vergaan.

Water is ook een gewild model voor fotografie. Vooral als water in “druppelvorm” wordt vastgelegd.
Tja Jacco, ook nu weer is het je gelukt om de impact van een druppel water pittoresk en mooi vast te leggen. Deze druppel raast naar beneden met de kracht van een welkome denderende komeet inclusief krachtenveld. Op zoek naar zijn familie in een plas, een kopje of meertje. Water is een grote familie zonder discriminatie. Hij neemt alle soortgenoten en ook alle anderen die zich bij haar willen voegen, graag op in haar familie.

Dit water (foto) zegt hallo tegen de neerdalende druppel levenselixer, als een lang gemist familielid. Water ontfermt zich over deze verloren druppel door plaats te maken aan het schijnbare stille wateroppervlak. Water gaat graag opzij om dan weer de rijen te sluiten. De druppel wordt na aanraking een geheel met zijn familie, omarmd onsterfelijk.

Ik zeg in het vervolg, hallo water, stille kracht.

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Eenden

Identiek deze liefelijke water ringen op de foto als - eerder omschreven - in het druppelverhaal van Jacco. Het lijkt net of jij, grijze eend, pardoes vanuit de delfts blauwe hemel in het water bent gesprongen. Sereniteit alom. Het water heeft je erkend en opgenomen als familielid. Deze waterbron is riant gelegen in een plas of een meertje. De zon schijnt recht door het groene bladerdak van diverse standvastige bomen. De zon geeft leven en plezier door in de fraaie schitteringen in het water. De oppervlakte waterringen van dit meertje of plas zijn doordrenkt van een mooie groene heldere teint. De oneffenheden in het water zijn gemarkeerd met mooie grijze boogvormige tinten.

Ik zal niet raar opkijken als de modetrend van het volgend jaar groen, grijzig- bruinig gaat worden.
Wanneer iedereen zijn of haar ogen de kost geeft in de natuur en kijkt en moois, pracht en praal wil zien, dan is dit eenvoudigweg voorstelbaar. Je ziet zoveel verschillende pasteltinten in de natuur waar dan ook dat, bijkans iedereen een mode designer zou kunnen worden. Alleen dat aan elkaar naaien van stoffen en patronen vergt een inzet die we alleen maar kennen uit arme loon landen met een fanatische inzet op crepeer sterkte van de willekeurige gedrongen werknemers. Doch dit terzijde. Ik glijd alweer af van de fotovisie van Jacco Pentax.

Ik vind het wel vreemd dat jij, Mannetjes Eend, extravagant uitgedost over het water glijdt zonder denkbare inspanning. Je oogt zo rustig maar dit is allemaal schijn. Onder water trappel jij als een razende om vooruit te komen. Jouw mimiek is stoer gelijk als een ketting rokende cowboy op de desolate prairie in the wild wild west. Extravaganza dan. Jij als mannetjes eend bent een en al make up. Je oogt furieus onaantastbaar, mooi, pretty. Een hunk of hulk in de dop. Of een batman met onheilspellend referentiekader. Een Make up artiest pur sang maar dan wel zonder een greintje, oogschaduw, in jouw vrijwillig gekozen lipstick jungle. Ik moet het dan ook toegeven dat, mannetjes eenden veel mooier zijn dan hun grauwe onderdanige vrouwtjes eenden. Dat is nu eenmaal zo.

Dan jouw Markies de Sade vertoningen on public. Als 6-en in je hoofd komt dan kijk je nergens meer naar om. Voor buitenstaanders is jouw drive afstotelijk. Ik moet wel toegeven dat in sommige culturen de mens wat deze 6-uele escapades betreft veel overeenkomsten vertoont met jouw hanige gangbang gedrag. Dat siert je niet rubber Duck. Dat zou toch met een nuance van tederheid moeten kunnen omarmen. Misschien kom je daar nog wel eens achter, hoop ik voor jou en je soortgenoten. Voorlopig blijft dit aspect een perverse bezigheid, een misselijk makende kick. Waar jij dapper steeds aan meedoet. Dat is kennelijk bij jou genetisch bepaald net zoals zo vele ondingen bij andere diersoorten!

Je oogt lief maar je priemende ogen hebben alles in je leefomgeving in de gaten. Jouw ogen lijken wel gele laser ogen. Een fraai accent in je sierlijke voorkomendheid. Duck ik wens je veel levensvreugde en respect voor anderen toe. Dat oogt de foto van Jacco ooit nog eens als een teder, liefelijk tafereel. Hoop doet leven. Toch!

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Reiger


Deze super foto maakt gelijk een surrealistische indruk op me. Alsof er aan de bekijkers bewust een blik uit de prehistorie, richting 2014 ten tonele gevoerd wordt. Maar dat is niet zo. Jacco Pentax is weer mooi in de weer geweest met zijn spiegel –reflex- wonder der techniek. Mooi dat hij altijd treffend “raak” schiet zonder ook maar enige schade aan te richten, in alle mens verbeelding.

De foto lijkt idd tevoorschijn getoverd te zijn uit lang vervlogen prehistorische tijden. Het lijkt alsof de wereld aan het vergaan is en de geheimzinnige donkere snoodaards het gaan winnen van alle positieve ingrediënten, zoals; de botanische pasteltinten, de zon en verder alles wat nieuw ontspringend leven mooi, warm en waard maken. Kleuren verflets-en edoch en leven vergaat snel.
Het lijkt net of de reiger of zijn prehistorische voorganger op zoek is naar iets. Dit dier, een blauwe reiger, een Ardea Cinerea in het Latijn, is op zoek naar eten om te overleven en te zorgen voor nageslacht. Met zijn lange slanke nek torent hij hoog boven alles uit en stapt hij behoedzaam tussen de flora en fauna heen als een roofdier met priemende ogen, waaraan niets kan ontsnappen.

Reigers struinen normaliter in of rondom waterrijke gebieden. Hij lust graag kleine visjes, wormen, slakken en dergelijke kleine porties. Op de dag van vandaag is hij steeds vaker te vinden op weide-akkers waar ook dergelijk eetbaar spul zich ophoudt. De natuur past zich kennelijk snel aan, aan de dominerende moderne tijden.

Terug naar de foto lijkt de reiger op een groot soort saurus van 30 meter lengte of meer meet met een aanzienlijk gewicht. Bomen en alles wat hem nog in de weg kan komen wordt door hem op zeer eenvoudige wijze door zijn overwicht aan de kant geduwd.

Op deze foto zijn mogelijk een soort van smalle elegante varens zichtbaar welke netjes opzij gaan voor zijn lichaamsgeweld om daarna meteen terug te veren in de oorspronkelijke groene pose. Zou ik deze varens kunnen terug projecteren naar de prehistorie dan komt een andere levensvorm in beeld.
Namelijk een samen gehoopt levend organisme bekend onder de naam Sequoia-achtige. Ontzettend groot en illuster qua gestalte, het grootste op aarde. (zie > http://2006zuidwestusa.blogspot.de/)

Ik denk dat Ardea het gaat winnen van de duistere kant.

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

Spinnen


De foto is het optische resultaat van een gewonnen strijd in de vrije natuur van, leven laten en overleven. Geen grof lichamelijk geweld is zichtbaar. Maar het resultaat van een worsteling met een bijna intrinsieke respectvolle benadering. De prooi wordt ingezwachteld, bijna gemummificeerd om daarna te worden ontdaan van zijn lichaamssappen. Het slachtoffer wordt verdoofd als lag hij op een operatietafel met lachgas of ether. Pijnloos in een steriele shock. Na de overwinning geen overwinningskreten of macho gedrag voor de spin. Dat is iets voor mensen! Spinnen gaan gewoontjes verder met de eigen voorgeprogrammeerde existentie.

Vandaag las ik in de media dat stofzuigers boven het vermogen van 2000 watt verbannen gaan worden. Veel te veel onnodige energie kost dit. Dat kan net zo goed met vele minder energie. Consuminderen wordt vanaf 2016-2018 het toverwoord. Bovendien zijn er in nagenoeg elke woning genoeg helpers voor de mens die erop toezien dat vliegend en kruipend gespuis opgeruimd wordt, zonder elektriciteit aan te spreken.

Bijvoorbeeld de spin, zoals afgebeeld op de foto van Jacco. Mensen zijn van natura onnodig bang voor spinnen. Spinnen zijn normaliter ongevaarlijk en zullen uit angst op de vlucht slaan wanneer ze oog in oog komen te staan met hun opponent, een kolossale reus in de vorm van een mens. Spinnen hebben hun aanblik tegen; harig lijf met lange poten.

Mensen kunnen zeer bang zijn voor spinnen en ontwikkelen soms een benauwde fobie.
In feite helpen spinnen de mens door vrijwillig hun huis en haard schoon te houden. Op plaatsen waar dit kan, weven zij een web om prooien te vangen vooral 's nachts. Bij de spinnen zijn de vrouwtjes de baas, met drastische gevolgen bij niet luisteren voor het mannetje. Tja, dat zou in onze mensencultuur vaker mogen gebeuren!

In tegenstelling tot de mens, eet en vangt de spin alleen maar wat hij zelf nodig heeft om te overleven. Daar zou de mens lering uit kunnen trekken. Consumeren <VS > Consuminderen, hey!

Het gestaag door ontwikkelen van fobie naar trauma levert vooral de filmindustrie hoge inkomsten op. Films met arachnafobie of de menselijke spin, Spiderman reeks. Ook hij is in ongenade gevallen door achterklap terwijl hij niets anders doet als de huisspinnen in onze woningen, namelijk helpen als een betrouwbare buurt participant.

Tekst: Han Tummers
Foto: Jacco Bezuijen

Lelie


Ik zie jouw onopvallende verschijning tijdens het voorbijgaan, terloops. Je bent alledaags maar tegelijk een zeer adembenemende elegante verschijning. Mijn adem stokt en in eerste instantie, alleen weet ik niet waarom. Je beeltenis roept deugdzaamheid en tegelijk sereniteit bij mij op. Een schijnbare dualiteit in de dop. Een vreemde gewaarwording vanuit mijn natuurlijke gedachtegang!

Je torent ietwat boven het wateroppervlak uit als een solitaire aanwezigheid die niet van de daken schreeuwt maar heel gewoontjes blijft acteren in je eigen levenscyclus. De oppervlakte waar je domicilie hebt verkozen, dan. Deze is groen. Een groene soep. Mooi van ver maar ver van mooi. Een aaneenschakeling van verwelking, afsterving, voortzettend van flora en faunaleven onder zware omstandigheden op- en vooral onder water. Ook een kwalijke stank in jouw omgeving mag niet ontkent worden. Leven en verderf rug aan rug! Stilstand betekent achteruitgang maar niet daar waar jij gedijt. Als een schijnwerper vraag je om attentie. De zon vindt jouw uitgestoken baken en raakt als herkenningsgebaar volop de fluweelachtige witgele kruin. Je wordt dus niet vergeten en tegelijkertijd voorzien van een portie levenselixer. Het leven gaat in het tempo gelijk aan de seizoenen van groei, bloei, afsterven en opnieuw vlammen, ook aan jou voorbij.

Als de zon jou aanraakt verandert het midden van jouw kruin in de warme okerachtige kleur van de zon. Een wederzijdse gele zuigkracht zou verondersteld kunnen worden. Je heft jouw armen op ten hemel, om zoveel mogelijk zon en tegelijkertijd levenskansen te ontvangen. Je hebt veel armen die elkaar niet voordringen maar in een passieve gelatenheid elkaar een gelijke kans laten. Slechts door een beetje opzij te neigen voor de kleineren die ook heel graag de zon willen voelen. Dat daar geen onduidelijkheid over bestaat is te zien, want slechts aan de onderzijde waar bijkans geen bladeren meer zijn, vallen enkele mooie schaduwen over de wateroppervlakte. Deze schaduwen geven geen donkerheid of misère weer, maar nuances en magische kleureffecten en schitteringen in deze groene brij. Jij lelie, bent verbonden aan een groene ranke stengel die onder water verder gaat en de wortels als bron van jouw bestaan, aantippen.

Alles wat op natuurlijke wijze zijn of haar leven geeft in het natuurlijke proces van afsterving gebruik jij weer als nieuwe bouwstenen. Donkere toppen krijgen hierdoor de kans om net als jij boven het wateroppervlak uit te torenen en als jouw opvolgers te gaan groeien en beautiful uit te bloeien - op hun beurt weer op ranke groene stengels - tot mooie fluweelachtige lichtgele bakens voor de zon. Dit proces is kennelijk eeuwig durend. Want ook jouw bloemen verwelken, vergaan onder water en dienen weer als levensbron voor ander leven onder water. Maar jij maakt steeds opnieuw een mooi accent in een potentiële beschamende aanblik.

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

Lopende camouflage helm


Ik vraag me af of je letterlijk zal zinken als een baksteen in het naderende moeras, recht voor je. Je bent mooi gecamoufleerd en dus een met je omgeving. Scherpe kanten en hoeken heb je niet aan je lijf behalve dan je krachtige gebit. 

Ik denk dat je de weg kwijt bent in de mensen omgeving. Je hebt een zware last te dragen in de vorm van een ogenschijnlijke zware militaire helm. Daar moet je maar “in“ komen! Eigenlijk heb je deze huisstijl afgekeken van de familie der slakken tijdens hun evolutie. Ook zij nemen altijd hun huis op de rug mee. Je doet bijna hetzelfde maar dan net weer iets anders belicht. Je leeft sowieso in je huis-helm. Rondom dicht gekit met slechts kleine uitsparingen voor je handen en voeten en uiteraard je hoofd. Jouw helm, pantser, kuras of tempel is hard en onverwoestbaar. Je loopt trots rond en er zijn al heel wat vijanden geweest die hun tanden op dit pantser hebben kapot gebeten. Je laat hen steeds achter met een big smile en bij hen pijn in de bek. Eigen schuld. Dat jouw benen jouw helm kunnen dragen vind ik onvoorstelbaar sterk en stoer.

Jij solist, liefhebber van tropische temperaturen werd naar dit land gehaald als een klein lief spartelend en duikelend wezentje. Gekocht en opgenomen in onze liefelijke omgeving zwem je er vrolijk op los en krijg je veel te veel voedsel te eten in de vele wellness oases in vele woonkamers in ons land. Het nadeel is dat je dan deze wellness oases snel ontgroeit. Een luxe probleem is het gevolg. Dus wordt je als persona non grata verwenst en naar buiten geschopt of via de wc geloosd in het riool. Gelukkig heb jij jouw kuras altijd bij de hand. Tegen stoten en inbeukend geweld bestand.
Je bent zwaar en log maar je lichaamsgewicht is goed verdeeld. Op het land ben jij in je nadeel. Je bent er net zo langzaam als een slak. Op snelheid zal je dus niet winnen. Echter in het water of in zompige omgevingen voel jij je als herboren. In moerassen voel jij je thuis in je bijna natuurlijke habitat. 

Je bent iemand die heel oud kan worden. Ook dat is genetisch bepaald. Je leeft van planten en klein ongedierte en dode vissen et cetera. Je baant in het moeras met je sterke gespierde ledematen de weg vrij. Je hoofd en via je lange nek vervolgens, eten de nodige proviand naar binnen. Alleen ben ik bang dat je het lastig krijgt in de wintertijd. Een fase die je kunt overbruggen door je in een toestand van schijndood te matigen. Maar dat is eigenlijk niet jouw ding. Er zijn helaas al vele diersoorten naar Nederland gehaald die het niet redden. Maar jij bent een vechter met sterke kaken.
Maar daar gaat het niet om. De zorgplicht ook voor te grote huis schildpadden is beklagenswaardig. Zoals de mens met elkaar omgaat zo gaat zij ook om met dieren die niet passen in de vele woonkamer oases. Als ik dan weer naar de foto van Jacco kijk dan zie ik je vechten en gedijen against all odds. Gelukkig blikt jouw genetica ver terug tot in de oertijd. En altijd heb je het overleefd.
Winters worden tegenwoordig minder koud en zomers blijven laf en lauw. Schildpad ik noem je HERO, jij haalt het, hoop ik tegen beter weten in!

PS; je komt niet in onze natuur voor en bent niet gemaakt voor Hollandse vrieswinters. Als koudbloedig wezen moet je kunnen opwarmen om voedsel te kunnen verteren. Dit lukt niet goed in onze vrije natuur. Een lange doodstrijd van 5 jaar is niet ondenkbeeldig. Dus dierenleed ten top. Om jezelf genoeg op te warmen loop je naar het asfalt. Dat warmt lekker op, maar vaak wordt je daar doodgereden door menselijke bolides.

Tekst: Han Tummers
Foto:  Jacco Bezuijen

Paddenstoel


Een ware Jacco Pentax expositiefoto. Rondom een schimmige natuurlijke aanblik met fraaie warme nazomerse pasteltinten. Met in de boezem van de foto een reusachtige paddenstoel. Dit aanschouwende maakt zich een fantasie van mij meester. Dit gaat van een sprookjesverhaal van de gebroeders Grimm tot een sombrero uit een Italiaanse spaghetti western. Kunnen jullie nagaan wat mijn gedachten zijn.

Paddenstoelen zijn aangenaam van smaak maar soms ongenaakbaar, giftig en dodelijk. Degenen die de misères meegemaakt hebben, konden de giftige boodschap voor hun creperen soms nog navertellen aan het nageslacht. Er zijn ook menselijke individuen die na het eten van paddenstoelen, ernstig ziek worden en naderhand weer een beetje herstellen. Een beschadigde lever en/of nieren zal hen levenslang blijven herinneren aan dit giftige appetijtelijke hapje.
Paddenstoelen kunnen dus ook fervente sluipmoordenaars zijn. 

Maar jij mooi gefotografeerde paddenstoel behoort uiteraard niet tot deze moordenaars. Seizoenen volgen elkaar op. Kernen kiemen in de zon tijdens de diverse opeenvolgende seizoenen. Jij laat alle drukte aan je voorbijgaan. Wanneer de natuur rustiger wordt en de dieren beginnen te hamsteren, voor de naderende winter, dan pas ontluik jij in volle adorabele schoonheid en bronstig lichaam.
Het is alsof je wil zeggen, HEY het is nog steeds mooi in de natuur, kijk maar naar mij. Je bent dan wel okerkleurig en valt liefelijk op in groene grasbodems. Dit is dan wel overdag. Je aanzicht wordt dan ook snel vertroebeld door de talloze bladeren die afvallen van de bomen welke vaak ook bruinig of okergelig gekleurd zijn. Jij wordt daardoor deels onzichtbaar en kunt er bovenuit torenen in je kleurenpracht en toch je eigen ding blijven doen –voortplanten- terwijl, de vroegbloeiende en eerder wassende flora rondom je, duidelijk aan het tanen is. 

Beste paddenstoel, op de foto sta je op elegante wijze de beauty uit te hangen met naast je grotere groene smalle grasstengels in de vorm van antennes die de wind, de bladeren uit je kruin zouden kunnen houden en je kunnen waarschuwen door te ritselen tegen je sombrero-parasol tegen naderende rampspoed.

Jouw trotse krachtige lichaam houdt de sombrero-parasol trots omhoog. Je bent als een ijsberg. Een klein topje boven en een behoorlijk onderstel onder de grond, vasthouden en persistent tegen varia negatieve invloeden. Nadat jouw nazaten je lichaam hebben verlaten zal ook jij gaan verwelken en vergaan tot pulp. Dat is ook bij jou nu eenmaal de natuur. Daar waar weinig soorten paddenstoelen van zijn, zullen deze giftiger zijn dan de door mensen geadoreerde eetbare soorten.

Geef mij op mijn beurt dan maar een champignon, met respect voor de paddenstoelen die ik links laat liggen op mijn bord! Ik bewonder ze liever in haar pracht in de vrije natuur met mijn handen in mijn jaszak.

Tekst: Han Tummers
Foto:   Jacco Bezuijen

zaterdag 8 november 2014

The eagle has landed safely!


Daar rij ik dan in de wit met rode striping gearceerde bolide van mijn werkgever. Ik maak een rondje in een naburige gemeente. Jeetje, ik ben er al zolang niet meer geweest. Maar ja, Limburg is nu een geheel, dus voel ik mij nog steeds welkom. De nazomer begint hevig in te werken op dit herfstseizoen en de zon raakt steeds verder achterop. Het is geleidelijk aan donker geworden en ik rij met ontstoken verlichting op de pittoreske gemeentelijke wegen. Op de straat beweegt nagenoeg niets of niemand. De felle stralenbundels van de koplampen, die mijn aankomst en route in volledige stilte escorteren vinden geen enkel bewegend target. De straatverlichting ketst haar gele soft gloed af tegen de stoep en ietwat zijdelings op de rijbaan. Een idyllisch geheel waarvan ik deel mag uitmaken.
Mooi toch! De meeste mensen zijn terug van vakantie en verpozen alweer in hun woningen met hun hopelijk positieve opgedane ervaringen. Ik zei het al niets of niemand beweegt in de kring van verlichting om mij heen.

Echter de stralenbundels gaan mij als herauten voor uit. Dan detecteert het kunstmatige koplampenlicht iets op de rijbaan direct voor mij. De stralen maken het asfalt grijsgrauw in en mistroostige ogende aanblik. Tot ik in het midden van deze stralenkrans plots dit obstakel zie. Het is schijnbaar hoopje. Wat is het dan? Paardenvijgen of een hoopje modder? Nee, bij een nadere aanblik zie ik het hoopje uit eigen wil langzaamaan voortbewegen. Het hoopje oogt opeens bang en probeert kennelijk een veilig heenkomen te zoeken.

Dit hoopje – ik zal zo uit de doeken doen wat het werkelijk is – zie ik heel vaak overdag op de wegen, in een dodelijke platgewalste versie. Ingevreten in het asfalt met de contouren van een bruin-grijzig karpetachtig iets. Platgewalst dan. Van de harige stekeldos is in deze versie niets stekeligs meer over. De geplette neus heeft iets weg van een uitgerolde slurf. Lijf en leden in 1000 stukjes gebroken, vermalen. De lichaamssappen opgedroogd. Te laat opgemerkt door de talloze hordes zwaar gemotoriseerd verkeer. Kennelijk hebben deze dieren, egels zijn het, geen recht van bestaan of vertrouwde plaats meer in onze samenleving.
Als ik vlak bij het lopende egeltje arriveer zie ik dat hij of zij probeert weg te vluchten en racet op zijn elf en dertigste naar de andere zijde (minuten durende challenge) van de weg. Ik gun hem zijn vrijheid en zijn leven. Plots zie ik aan de overkant gevaar naderen van een onbekende witte stalenbundel waarachter een ijzeren zware bolide voortbeweegt, direct en vlakbij hem.
Ik stuur schuin naar links naar de overzijde en zet de alarmverlichting aan. De naderende auto kan mij zodoende eenvoudig, veilig en gemakkelijk passeren met in mijn kielzog de langzaam rennende straat-egel.
Ik stap uit en help de egel de stoeprand op. Daarna kan hij rustig ruiken en zijn ding doen in de stoere groenbladerige wegberm.

Heb ik toch nog een levend wezen voor zijn dood kunnen behoeden. Zijn boek is nog niet uitgelezen, de allerlaatste bladzijde moet nog gelezen worden eer hij zijn Elysium betreedt. Het lijkt alsof hij blij is. Alhoewel blij, volgens mij heeft hij het in zijn broek gedaan van angst. Voor egels is onze maatschappij hervormd tot een NO GO egel area! Sneu maar het is nu eenmaal zo. Wij mensen rotzooien maar wat aan met de vrije natuur!

Tekst Han Tummers
Foto Jacco Bezuijen